KERNONGEVAL

Kernongevallen zijn ongevallen met nucleaire installaties of radioactieve bronnen, en vervoersongevallen met radioactief materiaal. Een kernongeval kan nucleaire straling in een groot gebied tot gevolg hebben. Op het grondgebied van de regio staan geen kerncentrales. Op 14 km van de Nederlandse grens bevindt zich in Mol in België het Studiecentrum voor Kernenergie SCK•CEN. Deze onderzoeksreactor heeft een kleiner vermogen dan een kerncentrale. Delen van de gemeenten Reusel-De Mierden, Bladel, Eersel en Bergeijk liggen binnen een straal van 20 km van deze bedrijven. Binnen deze 20km-zone zijn de maatregelen 'schuilen' en 'inname jodiumtabletten mensen onder de 40 jaar en zwangere vrouwen' volgens de landelijke richtlijnen van toepassing.

Scenario

Er vindt een ongeval plaats in de nucleaire installatie in Mol, waarbij radioactieve stoffen vrij komen die de wind meevoert en deels neerkomen in de regio Zuidoost-Brabant. Het regent, dus ze komen ook terecht in het grondwater. Mogelijk zijn er doden of gewonden op de incidentlocatie in Mol, maar niet op Nederlands grondgebied.

waarschijnlijkheid
Onwaarschijnlijk

Trend

  • Met name in Limburg en West-Brabant is veel maatschappelijke onrust vanwege de (vermeende) onveiligheid van de Belgische kerncentrales in Tihange en Doel. Die onrust laait regelmatig op en kan, zeker wanneer zich ergens ter wereld een incident met een kerncentrale voordoet, gemakkelijk overslaan op onze regio.
  • De kerncentrale in Doel is de afgelopen jaren meermaals stilgelegd vanwege veiligheidsredenen. Dit versterkt het gevoel dat Belgische kerncentrales niet veilig zijn. De Belgische regering heeft afgesproken dat de centrales uiterlijk in 2025 dichtgaan.

impact
Ernstig

Specifieke impact

II Slachtoffers

II Financiële schade

II Aantasting natuur en milieu

I Impact dagelijkse leven

III Bestuurlijke impact

IIII Maatschappelijke impact

Maatregelen

Reactief

  • Om de blootstelling van de bevolking aan radioactiviteit te beperken treft de regio beschermende maatregelen, zoals schuilen, jodiumprofylaxe en ontsmetting. Voor het bepalen van het soort maatregelen zijn landelijk interventieniveaus (dosiswaarden) vastgesteld.
  • Naast deze directe beschermingsmaatregelen zijn er indirecte maatregelen die de dosis radioactieve besmetting door inname van radioactief besmet voedsel of water moeten beperken. Hiervoor zijn maximaal toelaatbare niveaus voor levensmiddelen, diervoeders, drinkwater en beregening vastgesteld. Afhankelijk van de interventiewaarden treft de regio maatregelen en bepaalt het in welk gebied deze maatregelen zullen gelden.

Cascade effecten

Er ontstaat mogelijk maatschappelijke onrust of zelfs paniek bij een nucleair of radiologisch incident.

Voldoende
capaciteit